door Irene Hemelaar en Anna Tijsseling
“Een vermakelijke column [van Irene Hemelaar], heerlijk overdreven, net als die van Anna [Tijsseling], enige weken geleden, waarin zij beweert dat lipsticklesbians travo’s zouden zijn. Het meest grappig zijn de reacties, waaruit vaak blijkt dat wij lesbo’s niet erg positief afsteken bij de hetero’s, als het gaat om vooroordelen over elkaars uiterlijk. Volgens mij gaat de discussie niet over hoe de lesbo/bi van vandaag de dag eruit behoort te zien (hoe leg je anderen je normen en waarden op), maar over de onverdraagzaamheid over en weer. Dat er zo’n catfight kan ontstaan is hèt bewijs dat ook potten echte vrouwen zijn.”posting Zoey op het Roze Rijk, 10 maart 2005
Ha! Zoey heeft ons helemaal door. Met onze columns van februari en maart gooiden we bewust de knuppel in het hoenderhok. En een stof dat het deed opwaaien! Er ontstond een waar hennengevecht met als wapen de scherpe pen. Zelfs dames die normaal gesproken niet dood gevonden willen worden in een hokje, plaatsten zichzelf daar nu vrijwillig in en zetten zich hard af tegen elkaar en tegen ons, de travo-lipsticklesbian Irene en de protopot Anna.
We hadden vantevoren al enig vermoeden dat onze extreme stellingnames de gemoederen zouden beroeren, maar jullie reacties overtroffen onze stoutste verwachtingen. Ze bevestigden onze ideeën over de onbestendigheid van de lesbische scene. Een scene die het vooral moet hebben van de onderlinge solidariteit, want zowel van de overheid als binnen homo-organisaties hebben lesbiennes weinig steun te verwachten.
Laten we wel wezen. Als het COC al ruimte voor de dames inruimt, dan laten we ons wegstoppen op de slecht bezochte zondagmiddagen. En wanneer een instelling als Schorer van de overheid moet bezuinigen, dan verdwijnen de subsidies ten behoeve van de lesbo’s als eerste. Ook de commerciële sector heeft ons al heel duidelijk te verstaan dat we van hen geen cent hoeven te verwachten. Bij ieder evenement en elk initiatief komen we daarom uit op ons eigen netwerk. Willen we niet alleen hiervan afhankelijk zijn en de goed bedoelde, maar vaak armoedig opgezette, laagdrempelige initiatiefjes achter ons laten, dan zullen we toch met en op elkaar moeten bouwen.
En dat lukt niet in onze scene. Het lijkt of vrouwen met lesbische gevoelens niet genoeg trots bezitten om onderlinge verschillen opzij te schuiven en samen ervoor te zorgen dat we als collectief eendracht uitstralen. De lesbische vertaling van Gay-Pride komt al gauw neer op Pride-Less… Homomannen mogen elkaar dan niet altijd even graag, maar als collectief zijn ze solidair en sterk. Ze komen voor zichzelf en hun geaardheid op. Ze zijn Trots… met een hoofdletter t. Ze zitten in alle belangrijke besturen, praten actief mee in de politiek en koloniseren hele straten. En waar zijn de lesbiennes?
Wij zitten sikkeneurig op de bank bij een kopje kruidenthee collectief te klagen! ‘Ze’ nemen ons niet serieus. ‘Ze’ geven ons achterafzaaltjes op middagen en avonden dat geen fatsoenlijk burger zin heeft om uit te gaan. ‘Ze’ zetten ons buiten spel. Maar zorgen we daar zelf niet voor? Als we onderlinge verschillen uitspelen, niet solidair zijn en niet ons gezicht aan de maatschappij laten zien, dan zal niemand rekening met ons houden.
Individueel lijkt de lesbo geen last te ondervinden van haar geaardheid. Op het werk accepteert iedereen het prima, dus waarom zou je de boel gaan opruien? Niemand ziet dat je ‘zo’ bent, en waarom zou je je dan anders moeten gedragen? De BN-lesbo’s doen daar nog een schepje bovenop. Ze doen hun geaardheid af als onbelangrijk, en weigeren voor andere lesbiennes te betekenen wat bijvoorbeeld een Paul de Leeuw voor de homo’s betekent. Niemand wil lesbisch rolmodel zijn en het gevoel hebben überhaupt een achterban te hebben of bij ‘die groep’ te horen.
Met het voltooien van de wettelijke acceptatie van ‘anders geaarden’ heeft de maatschappij de indruk gekregen dat wij in al onze behoeftes zijn voorzien. Dat mag misschien in grote lijnen wel kloppen voor de homomannen, maar door de onzichtbaarheid van de lesbo’s staat helemaal niet vast of die aanname voor ons ook klopt. Wij denken van niet! Want ook al gaan we liever gewoon met onze ‘normale’ vrienden naar een ‘normale’ heterokroeg, we kopen wel massaal het Lesbische Seksboek, we surfen virtueel naar lesbische websites, zijn abonnee van de Zij aan Zij, en we bezoeken en masse de dun bezaaide professioneel georganiseerde vrouwenfeesten.
Als wij méér feesten willen, meer inspraak willen in besturen van homo-organisaties, dan zullen we dat zelf moeten doen, de handen ineenslaan en ons gezicht laten zien. Mét of zonder lipstick. Als we naar feesten willen zonder hoge prijzen te moeten betalen, zullen we moeten aantonen dat we interessant zijn voor sponsors. Als wij onze eigen Regulierdwarsstraten willen, dan zullen de kroegen rendabel moeten zijn en dus een sfeer van toegankelijkheid voor alle type vrouwen moeten uitstralen. Als lesbiennes dit allemaal willen voor zichzelf en de generaties na hen, dan zullen we hokjesoverschrijdend moeten willen investeren in onze gezamenlijke scene.
Verbeter de lesboscene, begin bij jezelf!